Indonesische kippensoep

Schil de ui, maak de knoflook en rode peper schoon en schil de gember.

Doe de ui, knoflook, peper en gember in de keukenmachine en voeg de komijn, laos, kurkuma en gedroogde koriander toe. Maal tot een kruidenmengsel.

Verwarm in een soeppan een beetje olijfolie en voeg hier het kruidenmengsel aan toe. Na kort aanbakken leg je hier de kippendijen in. Draai de kippendijen één keer om en voeg dan 1,5 liter water toe.

Voeg het bouillonblokje toe en breng het geheel aan de kook. Kneus de stengel citroengras en voeg deze toe aan de soeppan. Laat dit 30 minuten zachtjes pruttelen.

Kook ondertussen de eieren in 8 minuten hard. Vang het hete water bij het afgieten van de eieren op in een schaaltje en laat hier de rijstnoedels zo’n 4 minuten in weken.

Als de kip in de soep gaar is haal je deze eruit. Trek met 2 vorken het vlees uit elkaar zodat het dunne reepjes worden.

Giet de bouillon met het kruidenmengsel door een zeef en vang het vocht op. Doe de heldere en gezeefde bouillon weer terug in de pan en voeg hier de kip aan toe.

Pel de eieren en halveer. Snijd de bosui in ringen.

Verdeel de noedels over de kommen, giet hier de bouillon met kip overheen. Maak af met de taugé, wat bosui, gebakken uitjes en wat verse peterselie.

Voeg eventueel naar smaak nog een druppel limoensap toe of serveer er wat sambal bij.